De Nieuwe Ketel
Grote drukte en herrie op de trap,
Mijn trap, er lopen vreemde kerels.
Sleutelen, tappen, boren, slijpen,
Watergeluiden, er wordt gesloopt.
De mannen van de verwarming zijn er,
Ze zijn er in kleine getale.
De oude ketel eruit,
De nieuwe ketel erin.
Vonken spatten, buizen klemmen,
Een moersleutel draait zich vast.
Stemmen overleggen, meten, passen,
Een klus die vordert, stap voor stap.
Het huis trilt zachtjes mee,
een geur van metaal en stof.
Warmte komt, de kou verdwijnt,
het vuur van nieuw begint.